Technische analyse wordt door veel traders gebruikt om te bepalen of ze gaan traden, hoe ze gaan traden en wanneer ze gaan traden. Met technische analyse (TA) bepalen traders een entry (instapmoment) en proberen ze een inschatting te maken over hoe de koers zich gaat ontwikkelen. TA is niet makkelijk te leren in een kort tijdsbestek en is een kwestie van blijven bijleren, ervaring opdoen en vaak de fout in gaan. TA biedt ook geen garanties maar moet slechts gebruikt worden als instrument om meer houvast in trades te krijgen. Technische analyse wordt vaak gebruikt voor korte termijn trading terwijl FA (fundamentele analyse) vaker voor lange termijn trades als hulpmiddel wordt ingezet.
Technische analyse is eigenlijk een techniek die werkt op basis van massapsychologie; veel marktpatronen zijn gekoppeld aan menselijk gedrag. Met deze beginnershandleiding vertellen we wat over marktcycli, welke indicatoren worden gebruikt en welke en patronen je kan zien in grafieken. Natuurlijk is solide TA veel teveel om kort te behandelen, dus dit artikel moet je puur zien als een introductie in technische analyse en niet als handleiding of advies.
DISCLAIMER
Dit artikel is een korte introductie in technische analyse en is in veel gevallen onvolledig en kort door de bocht. Het moet slechts gebruikt worden als beginnersgids om termen en concepten te begrijpen.
Timeframes en trends
Om te beginnen moet worden gekeken op welke timeframe (tijdsbestek) je gaat kijken naar indicatoren, trends en patronen. Kijk je naar een grafiek met een timeframe van een week of een dag, dan kunnen die er heel anders uitzien dan de grafiek van diezelfde markt op een timeframe van een half jaar. Zoom dus altijd uit en in om een goed beeld te krijgen van de markt op meerdere timeframes. Op die manier kun je kijken of een markt op langere of kortere termijn in een uptrend of een downtrend zit.
Marktcyclus
Een term en afbeelding die je vaker zult tegenkomen is die van de marktcyclus. Als je bij een grafiek uitzoomt en op een grotere timeframe kijkt zul je vaak dit patroon herkennen. Een veel gehoord gezegde onder traders is dan ook “sell in may and walk away”. Hiermee bedoelen ze dat vaak rond de maand mei / juni de top van een marktcyclus bereikt is en dat het vanaf daar weer naar beneden gaat (zie onderstaande afbeelding).
Een ander bekend gezegde is “be fearful when others are greedy and greedy when others are fearful. – Warren Buffet”. Kort door de bocht houdt dit in dat je moet kopen op een dal en moet verkopen op een piek. Dit klinkt logisch maar op het moment dat de markt in de ‘anger’- of ‘depression’-fase zit, dan denken weinig mensen aan kopen.
Candles
De meeste grafieken worden gepresenteerd door middel van candles. Deze candles geven meer informatie dan een traditionele lijngrafiek. Een groene candlestick geeft aan dat de prijs sinds de vorige candle is gestegen, en een rode candlestick geeft aan dat de prijs sinds de vorige candle is gedaald. De verticale lijnen aan de bovenkant en onderkant van een candlestick noemen we een ‘wick’. Deze geven aan wat de laagste prijs was (onderste wick) en wat de hoogste prijs was (bovenste wick). De daadwerkelijke candle tussen de wicks in geeft met de onderkant de openingsprijs van die periode aan, en de bovenkant geeft de sluitingsprijs van die periode aan.
Support en resistance
Bij TA worden op grafieken vaak lijnen getrokken om aan te geven waar de support en / of de resistance liggen. Als een markt in een uptrend zit en de grafiek laat zien dat er door de support (naar beneden) wordt uitgebroken dan kan dit betekenen dat op dat moment de uptrend een downtrend wordt. Dit kan een signaal zijn om te verkopen. In dit geval wordt de support vaak een resistance. Andersom als een resistance doorbroken wordt kan dit ook weer juist een signaal zijn om te kopen.
Support en resistance zijn erg belangrijk bij TA. Vaak wordt een support of resistance meerdere malen ‘getest’. De grafiek komt dan tegen een support of resistance aan maar gaat er niet doorheen. Hoe vaker deze test ‘faalt’ (en er dus niet door een support of resistance heen wordt gebroken) hoe belangrijker deze support of resistance wordt. Op het moment dat de test dus wel slaagt zal dit dan ook van significant belang zijn en een sterk signaal.
Let wel; support en resistance moeten worden gezien als zones en niet zozeer als keiharde lijnen met weinig (of geen) marge. Als een trend door een supportlijn heen breekt hoeft dit niet meteen te betekenen dat deze support gebroken is of dit een foute analyse was.
Correctie
Na een move naar boven volgt vrijwel altijd weer een correctie of ‘retrace’ naar beneden. Op het moment dat de markt in een uptrend zit, zal deze minder corrigeren dan dat deze omhoog is gegaan.
Beartrap / bulltrap
Beartraps en bulltraps zijn termen die vaak gebruikt worden om aan te geven dat soms iets niet is wat het lijkt. Een beartrap is een candle (of meerdere candles) die naar beneden door een support breekt. Dit is een indicator dat er een trend naar beneden wordt ingezet maar hierna zet er juist een trend omhoog in. Een bulltrap is precies het tegenovergestelde. Er lijkt zich een trend omhoog te vormen maar vlak hierna wordt een trend naar beneden ingezet.
Relative Strength Index (RSI)
De RSI is een veelgebruikte indicator waarmee te bepalen is of het een goed moment kan zijn om te kopen of te verkopen. RSI is een schaal van 0 tot 100 die kan worden opgedeeld in drie gebieden. 0 tot 30, 30 tot 70 en 70 tot 100. Als de RSI langere tijd onder de 30 staat betekent dit dat er veel is verkocht en dat de kans dat de prijs toeneemt groter wordt. Staat de RSI boven de 70 is er veel gekocht en is de kans op een correctie of retrace groter. er zijn nog veel meer dingen die je kunt doen met de RSI maar in de beginnersgids houden we het hier bij.
Chart patterns (patronen in grafieken)
Er zijn heel veel verschillende patronen in grafieken die gebruikt kunnen worden als indicator. Hier volgt een opsomming van enkele patronen die regelmatig gebruikt worden.
Triangles
Triangles (driehoeken) worden gebruikt om inzichtelijk te maken hoe een koers zich ontwikkelt en kunnen ook een indicator zijn voor de toekomstige koers. Bekende voorbeelden hiervan zijn de Rising Wedge en de Falling Wedge. Een rising wedge kan een indicator zijn dat de markt hierna een move naar beneden maakt terwijl een falling wedge een indicator kan zijn voor een beweging naar boven. Een rising wedge is te herkennen aan steeds hogere pieken en hogere dalen. Een falling wedge heeft lagere pieken en diepere dalen.
Head and shoulders
Twee andere patronen zijn ‘Head and Shoulders’ en de ‘Inverse Head and Shoulders’. Een H&S is een indicator voor een dalende mark en een inverse H&S een indicator voor een beweging omhoog.
Double top en double bottom
Een double top kan een indicator voor een dalende trend zijn en een double bottom voor een stijgende trend. Deze indicatoren zijn er ook in ‘triple top‘ en ‘triple bottom‘.
Cup and handle
Een cup and handle is een bullish indicator duidend op een stijging.
DISCLAIMER 2
Aan veel van deze uitleg en indicatoren zitten ‘mitsen en maren’ verbonden. Het is belangrijk je eerst goed te verdiepen en dit artikel niet te zien als tradingadvies of een handleiding.
Dit was een korte introductie om zo een beeld te krijgen van hoe technisch analisten bij hun ‘voorspellingen’ komen. De website waarmee de meeste mensen hun TA maken en delen is Tradingview. Wil je meer leren over TA dan is een goed beginpunt het volgen van een aantal mensen op Twitter. Volgtips:
Follow @bapao83
Follow @Crypto_Ed_NL
Follow @FatihSK87
Bronnen
- http://pleasevisittogainmoney.blogspot.nl/
- https://www.fidelity.com/learning-center/trading-investing/technical-analysis/introduction-technical-analysis/basic-concepts-trend
- https://blog.goodaudience.com/answering-all-cryptocurrency-newbie-questions-d1683652dec8
- https://www.investopedia.com
- https://www.beststockpickingservices.com
- http://www.onlinefinancialmarkets.com/